dinsdag 29 september 2009

Pesten - het is een pest

Ik schreef het al eerder, we zijn sterk in het opmerken van wat fout is, we zien heel snel waar er iets verkeerd is. Dit negatief denken heeft vaak kwalijke gevolgen. Wie een fout ziet zal meestal ook de oorzaak zoeken en komt een schuldige op het spoor. Een fout valt immers niet uit de lucht, iemand is er de oorzaak van - zo denken we.

In het tijdschrift van Don Bosco Vlaanderen van september-oktober 2009 las ik het ook :

Gaat het slecht in een organisatie, in een familie of in een werkkring ? Dan is de kans groot dat de queeste naar de schuldige opduikt. Wie kwetsbaar is, maakt de meeste kans om met 'pek en veren' de laan uitgestuurd te worden. (...)

Het mechanisme waarbij in problematische situaties telkens vlijtig op zoek gegaan wordt naar 'externe zondebokken', zou ons moeten blijven beroeren, omdat het zéér onrechtvaardig is.

De schrijver van het artikel legt de band naar pesten, een kwaal in sommige scholen.

Het is een terechte link, ook al was het zelfs voor mij een verrassing. Waarschijnlijk zullen volwassenen zich niet zo snel laten verleiden om openlijk een schuldige aan te wijzen voor problemen en moeilijkheden die ze ontmoeten. In hun binnenste daarentegen merkt niemand het, en daar kunnen veel streepjes op veel kerfstokken gegrift worden.

Af en toe gaat dat zwarte boekje toch open - waar het hart van vol is, daar loopt de mond van over -, als men zich op zijn gemak voelt, thuis, bij vrienden. Kinderen zien en horen dat...

Kinderen zijn open en direct en hun reacties. Als hen verteld wordt dat de wereld opgebouwd is als een simpel verhaal van oorzaak en gevolg, met een zondebok aan de oorsprong, dan is pesten een logisch gevolg. Kinderen hebben nog geen zwarte boekhouding in hun hart, ze gooien hun ongenoegen gewoon naar buiten.

Onder volwassenen is het niet goed te praten om voor alles wat mis loopt een schuldige aan te wijzen. Nu weet ik ook dat zo'n gedrag op kinderen een zeer ernstig gevolg heeft. Willen we het pesten bannen, dan zullen we zelf moeten stoppen met ons negatief denken.



Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

woensdag 23 september 2009

Als je mag doen waar je goed in bent

Leiding geven heeft meestal iets te maken met veranderen. Processen of producten moeten aangepast en verbeterd worden, om welke reden ook. Iemand die zich daarin specialiseert is een change manager, en Harley Lovegrove is er zo een. Ik volg zijn blog al enige tijd, en zijn laatste post gaat over Coping with imperfect employees, wat doe je met werknemers die niet perfect zijn.

Toevallig ken ik er wel een aantal, ik moet mezelf trouwens ook tot die groep rekenen.

Het is iets waar we allemaal erg goed in zijn: fouten opmerken, zwakheden ontdekken, gebreken aanstippen. Jammer genoeg helpt het ons niet veel vooruit, hoewel we tijdelijk het tegenovergestelde gevoel hebben: als we merken dat de ander gebreken heeft voelen we onszelf een beetje minder klein.

We hebben het zeker al ervaren : je voelt je beter als je merkt dat men rondom jou vertrouwen in je heeft, in jou gelooft. In het bedrijfsleven is dat niet evident. Iedereen moet presteren, je wordt toch betaald voor wat je moet doen ! Lovegrove schrijft :

In Western Europe, human resources are the most precious commodity of any business. Winning companies are often those that find creative ways of ensuring that every one of their employees are focused on activities that suit them best.

Ervoor zorgen dat elke werknemer taken en verantwoordelijkheden heeft die best bij hem / haar passen. Dat is een dubbele uitdaging ! Werknemers weten vaak zelf niet goed wat ze echt graag doen. En werkgevers nemen niet altijd de nodige tijd om er aandacht voor te hebben en het uit te zoeken.

Ook collega's maken het mekaar dikwijls lastig.

Daarom : wees voortdurend op zoek naar wat er goed gedaan wordt, zeg het ook telkens je het ziet, en vertel erbij waarom. Als je dat oefent, volhoudt - want misschien ben je de enige die het doet -, dan realiseer je altijd verandering en verbetering.

En het is zoveel waardevoller dan voortdurend gericht te zijn op fouten en gebreken.



Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

donderdag 17 september 2009

Voor wat hoort wat

Vrijgevigheid, geen tegenprestatie verwachten, dat is zeldzaam.

We willen wel helpen, ons steentje bijdragen, maar het mag uiteindelijk geen éénrichtingsverkeer worden. Iedereen mag moet zijn steentje bijdragen, dat duurt het langste.

Wederkerigheid. Daarover schreef Rik Torfs een stukje in De Standaard van 17 september. Vanuit de discussie over godsdienstvrijheid en respect voor de godsdienstbeleving (n.a.v. de hoofddoekenkwestie) gaat hij wat dieper in op de behoefte aan wederkerigheid in het algemeen. Hoe we zelfs onder vrienden en familie de zaken gaan afwegen, proberen om de lusten en lasten eerlijk te verdelen. En hoe moeilijk het wordt als we de indruk hebben dat een te groot deel van de lasten op ónze schouders ligt. Torfs ziet er een gebrek aan zelfvertrouwen in:

Tenslotte wijst wederkerigheid op een dieper liggend probleem. Wie wederkerigheid eist, heeft weinig zelfvertrouwen. Niet toegeven. Voet bij stuk houden. Het klinkt allemaal heel stoer, maar het is het wapen van de zwakke. Dat heb ik geleerd van een van mijn favoriete filosofen, Richard Nixon. Zijn buitenlandse politiek berustte op een eenvoudig principe. Toon je onwrikbaar als je zwak staat. Ben je sterk, dan kun je gerust een aantal toegevingen doen.

Zondag lezen we een stukje uit het evangelie van Marcus: Wie de belangrijkste wil zijn, moet de minste van allemaal willen zijn en ieders dienaar.

Ik mag er in de viering een woordje uitleg bij geven, en ik wil er dus toch een beetje over nadenken.

De wederkerigheid die we zo belangrijk vinden is ongetwijfeld een belangrijk obstakel op de weg om de minste van allemaal te zijn. Het is onmogelijk om jezelf altijd-weg-te-cijferen. Ongezond zelfs.

Of zou er een manier zijn om ieders dienaar te zijn, zonder jezelf weg te cijferen ?

Wie zelfvertrouwen heeft (zie Torfs) hecht weinig of geen belang aan wederkerigheid.
Wie zeker is van zichzelf gaat niet beginnen cijferen bij het geven van vriendschap, liefde, dienstbaarheid.
Wie gelukkig is kan géven, in overvloed, zelfs als dienaar.



Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :
PS : deze post is nummer 200 van deze blog.

zondag 13 september 2009

Als de kruik soms overloopt

Kwaad worden. Een woedeaanval krijgen. Uit uw krammen schieten. We weten dat het niet zou mogen gebeuren, en toch.

De temperamentvolle karakters onder ons weten uit ervaring dat de kruik soms overloopt, de meer bezadigden moeten het af en toe ondergaan. Opgelet, iedereen wordt wel eens woedend, maar het is niet altijd zichtbaar.

Seth Godin schreef vorige woensdag een korte post over 'terechte verontwaardiging' - righteous indignation. Vervelende klanten, een kwade baas, teleurgestelde collega's. Ze worden gemakkelijk 'spinnijdig', en vinden dat hun woede terecht is.

The thing is: it doesn't work. It rarely succeeds in accomplishing much, and it makes you unhappy at the same time.

What if you took it out of your toolbox of responses ?

What if (...) you eliminated righteous indignation as an option in your list of responses to various situations, no matter how unfair? (...)

Just think of how much more you'd get done and how much calmer everything would be.

Doe het niet meer, zegt Godin, je woedeaanval helpt niet, werkt niet. En alles zou veel rustiger worden.

Een zekere Chris Reich reageerde snel op zijn blog Business Talk. En hoe. Hij kan niet geloven dat Seth Godin zoiets schreef. Waar haalt Seth Godin het lef om aan anderen te zeggen hoe ze zich moeten gedragen?

Imagine! The man has the nerve to actually tell other people how they ought to behave. Well Mr. Godin, if we are to cast away our very effective so-called tool that usually helps us get our way, what would you have us put in its place?

Oh, I can just hear your typical "I'm better than you" response so there is no need to reply. "Use courtesy and sound reasoning," you'll say. Ha! As if that ever works.

Beleefdheid? Dat werkt niet.

Dat is natuurlijk een ander uiterste. Sommige heethoofden vinden dat blaffen tegen anderen een volkomen rechtmatige manier is om te krijgen wat je nodig hebt.

Seth Godin zegt: doe het nooit. No matter how unfair.

Ik weet hoe velen zullen zeggen dat in bepaalde gevallen het onrecht zo groot is dat je toch het recht hebt om kwaad te worden...

Maak me toornig om onrecht, halsstarrig vechtend om vrede, laat me schudden aan macht, stampen tegen pretentie en ingaan tegen bezitsdrang. Heer, laat me een lieve dwarsligger zijn. Het zal hard aankomen.

Deze tekst van Ward Bruyninckx illustreert hoe moeilijk deze kwestie ligt. In de kerk, in de vakbeweging, in organisaties voor mensenrechten zijn er velen die menen dat je woedend mag worden - voor de goede zaak.

Als we voor de goede zaak een uitzondering mogen maken, dan wordt het delicaat.

Geef woede nooit een kans. Ik ben blij dat Seth Godin dat gezegd heeft.

Toch blijven alle monastieke auteurs, voor zover zij in gemeenschap leven, vasthouden aan een absolute afwijziging van woede. Als monnik vind ik het beter om duidelijk tegen iedere vorm van woede te zijn.

IJver voor gerechtigheid wil ik steunen, maar dat is iets van een heel andere orde. Nelson Mandela is een goed voorbeeld van iemand die zich inzette voor gerechtigheid zonder persoonlijke woede.

Uit Gelukslessen van een abt, van Christopher Jamison, abt van de benedictijnenabdij van Worth in Engeland.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

maandag 7 september 2009

Geluk is niet elders

De nieuwe "Mensen Onderweg" - van september - zit vandaag bij de post. Harry Spee heeft er een artikel in geschreven Wat heet geluk?

Hij schrijft terecht:

Mensen verspelen het geluk, wanneer zij zich verbeelden dat het niet hier maar elders te vinden is. Het is verstandiger hier en nu te genieten van goede en mooie ervaringen.

Niet hier, maar elders. Mijn vrouw zei ooit: het gras kan elders misschien groener zijn, maar het moet daar ook gemaaid worden.

Het is nochtans moeilijk om hier en nu tevreden te zijn. Want het regent nu, of het is koud, of het is zo warm... Ik moet gaan werken... Ik verveel mij... Er is niets leuks op TV...

Alle hoop wordt gelegd in de komende vakantie. Misschien zal de zon er alle dagen schijnen (ik hoop het voor jou), maar toch zal je niet echt gelukkig zijn. Want als je niet een beetje geoefend hebt om vandaag het leuke te zien rondom jou, dan zal je het ook tijdens de vakantie niet zien !

Want er is misschien veel lawaai in de hotelkamer, en het buffet kan beter, en de handdoeken aan het zwembad zijn niet proper, ...

Gelukkig is er nog de volgende vakantie ...

En zo wachten we op ons later geluk. Op onze grafsteen mogen ze schrijven: Misschien is hij nu gelukkig... Ik vrees ervoor. Als je sterft kan je kiezen tussen een aantal deuren, en één daarvan is de deur naar geluk. Ze ziet er nogal gewoontjes uit, en oeps, je hebt ze niet gezien.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

zaterdag 5 september 2009

The problem with positive thinking

Hoe is het mogelijk dat zo veel slimme mensen vergeten om positief te denken en liever negatief denken ? Seth Godin schreef er gisteren een korte maar pertinente post over.

It's been shown over and over again that positive thinking improves performance over negative thinking.

Key question then: why do smart people engage in negative thinking? Are they actually stupid?

The reason, I think, is that negative thinking feels good. In its own way, we believe that negative thinking works. Negative thinking feels realistic, or soothes our pain, or eases our embarrassment. Negative thinking protects us and lowers expectations.

We vinden negatief denken leuker dan positief denken, en het is gemakkelijker, besluit Godin.

We willen alles graag houden zoals we het kennen. Bovendien denken we meestal in termen van goed of slecht. Wat we kennen noemen we goed, wat we (nog) niet kennen noemen we 'minder', of 'slecht'.

Het omgekeerde kan ook, als we onzeker zijn, dan noemen we onze mening of onze handelswijze slecht, en die van de ander noemen we goed, of vinden we beter.

Goed of slecht ? Eigenlijk is het slechts een mening. Niets is honderd procent goed, niets is honderd procent slecht. Is koffie drinken slecht ? Is sporten goed ?

Beter of slechter ? Dit is ook slechts een mening. Het lijkt wel meer genuanceerd dan gewoon goed of slecht.

Is blauw beter dan rood ? Stomme vraag ? Is voetballen beter dan TV kijken ? Is mijn fiets beter dan jouw fiets ?

Vergelijken leidt nergens toe. Rangordes geven evenmin, het leidt nergens toe. Maar we doen het zo graag, en het staat zo knap om over alles een mening te kunnen uiten.

Het is een hele kunst om te beseffen dat jij een mening hebt en dat iemand anders een andere mening kan hebben. Zonder je eigen mening beter te vinden, en zonder ze slechter te vinden. Probeer het maar, 't is niet zo simpel !


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

donderdag 3 september 2009

Lointain rêve

Morgen is het mijn verjaardag. Morgen is een 'dagje ouder' een 'jaartje ouder'.

Mijn ouders (beiden meer dan tachtig) reizen nog meer dan eens per jaar met de caravan voor een paar weken door Europa (ze komen kortelings terug uit Duitsland - Polen). Een jaartje ouder is voor mij is dus eerder gewoon een jaartje erbij.

Mijn caravan staat op stal, letterlijk. In de schuur in Fétigny. Ik zal er dus waarschijnlijk niet mee door de buurlanden koersen op mijn tachtigste.

Hoe zou ik voor mij dan een voorstelling maken van mijn oude dag ? Moeilijke oefening.

Tijdens de vakantie ontdekte ik volgend gedicht, ik stond onmiddellijk perplex. Ik moest er vandaag terug aan denken. Het past als illustratie bij 'een jaartje ouder'. Het is geschreven door Louise Paulin (1888-1944) een onderwijzeres / schrijfster uit de Languedoc.

Lointain rêve

Mon Dieu, qu'il sera doux d'être une vieille dame
avec des cheveux blancs très flous,
avec des robes d'un gris mauve
comme les ramiers de septembre,
avec des joues un peu froissée
comme les roses de novembre
dans le jardin abandonné.
Avec un coeur tout apaisé
et qui ne sera plus tremblant
comme une herbe battue de vent.

Mon Dieu, qu'il sera doux d'être une vieille dame
assise à l'ombre de sa vie,
avec de fines mains pâlies
et jointes sur des souvenirs,
avec de lentes mains lassées
comme deux ailes repliées
sur le pur silence de l'âme.



Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

woensdag 2 september 2009

Een handleiding voor geluk ?

Iedereen wil gelukkig worden, maar hoe doe je dat ? Is dat een goed bewaard geheim ? Bestaat er een handleiding om gelukkig te worden ? Waar kunnen we die handleiding vinden ?

Richard Layard - de Britse professor in de economie van het geluk (zie mijn vorige post) - stipt in zijn artikel Happiness and the teaching of values vier 'geheime' wegen naar geluk.

  • If you care more about other people relative to yourself, you are more likely to be happy.
  • If you constantly compare yourself with other people, you are less likely to be happy.
  • Choose goals that stretch you, but are attainable with high probability.
  • Challenge your negative thoughts, and focus on the positive aspects of your character and situation.

Layard erkent dat dit eeuwenoude wijsheden zijn, maar hij stelt dat ze volledig bevestigd worden door de moderne psychologie.

Het lijkt eenvoudig en het lijkt ook wel waar te zijn. Maar het is blijkbaar verdomd moeilijk om dat allemaal in praktijk te zetten.

Tweeduizend jaar geleden schreef Matteüs al een handleiding voor een gelukkig leven. Hij had het niet allemaal zelf uitgevonden, maar zijn verdienste is wel dat hij het zeer mooi en volledig heeft opgeschreven. Hij sprak over een nauwe poort en een smalle weg:

Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang. Nauw is de poort naar het leven, en smal de weg ernaartoe, en slechts weinigen weten die te vinden.

We kiezen van nature voor de gemakkelijke weg. Dat de weg naar geluk zo smal en lastig zou zijn, dat kunnen we amper geloven, dat kunnen we nauwelijks begrijpen.

Ik moet me corrigeren. De weg naar geluk is niet opvallend - weinigen weten die te vinden, schrijft Matteüs. Maar hij is niet lastig of zwaar om te gaan. Integendeel. Dat voel je onmiddellijk. Maar zodra je even afgeleid bent, ben je de weg weer kwijt. En onze tijd heeft zoveel aantrekkelijke en veelbelovende afleidingen...


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

dinsdag 1 september 2009

Veel geluk op school

Voilà, de vakantie is voorbij, mijn oudste kleinkind gaat voor de eerste keer naar school - het is erger voor haar mama dan voor haar.

Waarheen met de school ? In De Standaard van dinsdag 1 september las ik een open brief aan de minister van onderwijs Pascal Smet van een aantal pedagogen van de Onderzoeksgroep Onderwijs en het Publieke van de KU Leuven. Stop aub de school enkel te gebruiken om competenties te kweken die noodzakelijk zijn in de economische strijd, dat is zowat hun boodschap.
De school is de plaats van de vrije tijd (Grieks: scholè) of trage tijd waar zaken en activiteiten losgekoppeld worden van hun functie en op zichzelf belang hebben en waardevol zijn: goed, correct en helder schrijven, kunnen rekenen en lezen zijn een doel op zich. De logica van nut, bruikbaarheid, rendement die in de samenleving allesbepalend lijkt, wordt in de school tussen haakjes gezet. Ze wordt niet ontkend, noch zonder meer afgewezen, maar opgeschort.
Ik sprak onlangs nog met bevriende grootouders. Ze waren zo fier op hun kleindochtertje dat het wel moeilijk heeft op school, maar zo'n vrolijk kind is. Ik hoop stilletjes dat ze die vrolijkheid haar ganse leven kan bewaren. Die vrolijkheid zal haar meer geluk brengen dan prima schoolresultaten. Laten we hopen dat ze leerkrachten krijgt die daar begrip voor hebben.

Richard Layard is een Britse economist die pleit voor een economie gericht op het vergroten van het geluk van de mensen. Dit in tegenstelling tot de klassieke economie die gericht is op het vergroten van het inkomen. Zijn stellingen vinden gelukkig (sic) nogal weerklank. Toevallig las ik een artikel van zijn hand : 'Happiness and the teaching of values'.
A major purpose of schools must be to help develop good and happy people - especially at a time when growing numbers of children are suffering from emotional disturbance.
Zou het kunnen dat onze maatschappij geen interesse heeft in gelukkige mensen ? Zou het kunnen dat bijna niemand weet hoe je gelukkig kan worden ? Wie zou het kunnen aanleren op school aan onze kinderen ?

Of is geluk iets dat je overkomt, iets wat je niet kan leren ?