zondag 29 november 2009

Erat Verbum

In principio erat verbum - een concert van OrSeCante, gisterenavond in de Abdijkerk van Vlierbeek in Kessel-Lo. De muziek stond centraal, maar het WOORD - verbum - evenzeer.

Het zijn de eerste woorden van het evangelie van Johannes. Woorden die spreken over het woord:

In den beginne was er het Woord,
en het Woord was bij God,
en God was het Woord.

Zo staat het vertaald op vele plaatsen. Vertaald in woorden van onze taal. Maar onze taal heeft veel woorden...

Sinds het begin is er het spreken,
dat spreken is God nabij,
ja God zelf is dat spreken.

Zo stond het in het programmaboekje van gisterenavond, en met de dirigent ervaar ik opnieuw hoe woorden tegelijk openen en afsluiten. Woorden geven betekenis en beperken die ook. Twee vertalingen, twee verwoordingen, twee betekenissen.

Misschien zijn er nog andere betekenissen die sluimerend wachten om ook taal te worden, woord te krijgen, om mensen vreugde te laten ontdekken in die verscheidenheid aan nuances, in het nog niet weten maar vermoeden.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

Mieren produceren geen afval

We kennen de uitdrukking 'van de wieg tot het graf' - from cradle to grave. From cradle to cradle is het motto van Michael Braungart, een Duitse chemicus. Hij zette blijkbaar de ecologie op zijn kop in 2002 met zijn boek 'Cradle to Cradle, Remaking the Way We Make Things'.

Cradle-to-cradle staat voor producten ontwerpen die niet eindigen op de afvalberg, en waarbij tijdens de fabricage op geen enkele manier schadelijke stoffen vrijkomen. Ofwel zijn ze compleet afbreekbaar en dienen als voedsel voor natuurlijke organismen. Ofwel zijn ze niet afbreekbaar en moeten ze hoogwaardige grondstoffen zijn voor nieuwe producten.

In een interview met Braungart in De Tijd van donderdag 26 november lees ik een intrigerende vaststelling:

Alle mieren op aarde wegen vier keer meer dan alle mensen. Ze verbruiken evenveel energie als 30 miljard mensen maar produceren geen afval. We zijn niet met teveel, we zijn gewoon te dom. Mieren zijn betere ingenieurs dan wij.

Wat verder geeft Braungart een eigentijds voorbeeld van C2C:

Door zogenaamde eco-efficiëntie gaan autobanden dubbel zo lang mee als 20 jaar geleden, maar het stof dat die banden achterlaten is bijzonder schadelijk. Zo is het vaak: je denkt goed te doen voor het milieu, terwijl je slechte systemen efficiënter maakt. (...)

Vergeet efficiëntie, denk aan wat effectief is: je kan compleet recycleerbare banden maken die op de weg vervuilende partikels opslorpen.

Aan de vooravond van de grote klimaatconferentie in Kopenhagen zijn dit belangrijke ideeën, die op steeds meer plaatsen in de praktijk gezet worden: www.C2Cplatform.be


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

zaterdag 28 november 2009

Neil Kearney

Gisteren werd Neil Kearney begraven, 59 jaar, overleden aan een hartaanval in Bangladesh waar hij beroepshalve op zending was.

Hij was de Secretaris-generaal van de internationale vakbond van de werknemers in de sector textiel en kleding.

Ik kende hem niet persoonlijk, hoewel ik sedert enkele maanden zijn activiteiten volgde op Facebook. Hij schreef zeer regelmatig op Facebook, en daaruit bleek zijn grote inzet voor de rechten van de textiel-werknemers in Turkije, Bangladesh en andere landen.

Op Facebook lees ik nu niet meer zijn berichten, maar de berichten van medeleven en bewondering van vrienden en kennissen naar aanleiding van zijn overlijden. Een soort rouwregister dat niet speciaal moest aangemaakt worden en direct toeliet aan wie het droeve nieuws vernomen had om de gedachten een schriftelijke neerslag te geven.

Facebook voorziet een plaats om een favoriete uitspraak van iemand te noteren. Neil Kearney schreef daar het volgende:

Ghandi - "I will give you a talisman. Whenever you are in doubt or when the self becomes too much with you, apply the following test. Recall the face of the poorest and weakest man whom you may have seen and ask yourself, if the step you contemplate is going to be of any use to him. Will he gain anything by it? Will it restore him to a control over his own life and destiny? In other words, will it lead to Swaraj for the hungry and starving millions? Then you will find your doubt and your self melting away."

I first read this in 1970 and a copy has been on my desk ever since. It always works!!

Inspirerend voor Kearney, en hopelijk voor vele anderen.

PS: Swaraj betekent voor Gandhi onafhankelijkheid van vreemde overheersing.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

vrijdag 27 november 2009

Jaloersheid is ellende

Van alle hoofdzonden beleven we aan de jaloersheid het minst plezier, schrijft Rik Torfs in De Standaard van donderdag 26 november. Onkuisheid ? ... pure fun. IJdelheid ? Het stille genot zichzelf fantastisch te vinden... Maar jaloersheid is ellende. We lijden eronder.

Ik ga te rade bij abt Christopher Jamison en vind in zijn boek 'Gelukslessen van een abt' (vertaling uit het Engels van 'Finding Hapiness') de lijst van de hoofdzonden: hoogmoed, afgunst (jaja, de jaloersheid van Torfs), woede, luiheid, hebzucht, gulzigheid en begeerte.

Torfs heeft wel een punt : op het moment zelf zijn deze zonden niet echt problematisch.

Het originele lijstje komt van de vierde-eeuwse woestijnvaders en -moeders, zegt Jamison. Zij spraken over demonen - een soort knechten van de duivel: gulzigheid, begeerte, hebzucht, woede, droefheid, akedia (= spirituele onverschilligheid), ijdelheid en hoogmoed.

We kennen en herkennen ze wel, ook vandaag. Maar we hebben niet veel zin om er ons echt mee bezig te houden. Het is zo menselijk om een beetje last te hebben van een paar ondeugden. Wie zonder gebreken is mag de eerste steen gooien.

Ja, zegt Jamison, ze kruipen binnen in het leven van iedereen, die demonen. Hij pleit ervoor om ze recht in de ogen te zien. Want het zijn krachten die schade kunnen toebrengen aan onze gezondheid, ons uit balans kunnen halen en ongelukkig maken. Geef ze aandacht, maar gun ze zo weinig mogelijk invloed en ruimte.

Snel gezegd, maar niet vlug gedaan. Bovendien, is onze maatschappij wel geïnteresseerd in deugdzame mensen, vóór ze gestorven zijn ? Neen, maar dat is altijd zo geweest.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

dinsdag 24 november 2009

Omstreden waarheid, Hans Küng

Enkele weken geleden heb ik deel twee van de memoires van Hans Küng gelezen: "Omstreden waarheid" (2007, 700 bladzijden!).

Küng is een van de belangrijkste theologen van de laatste vijftig jaar. Schrijven is voor hem duidelijk geen probleem. Deel één van zijn memoires "Bevochten vrijheid" (2003) was al een klepper van 550 bladzijden, en ging tot het jaar 1968. Deel twee loopt 'slechts' tot het jaar 1980. Gelukkig is Küng nog maar 81 jaar oud...

Een rode draad doorheen dit ganse deel twee is zijn relatie met Joseph Ratzinger, de huidige paus, met wie hij verschillende jaren als theoloog heeft samengewerkt aan de universiteit van Tübingen (Duitsland), en die later koos voor een 'carrière' in de Vaticaanse Curie.

Beiden zijn wij afkomstig uit een conservatief katholieke familie en uit een Alpenland, hij uit Beieren, ik uit Centraal-Zwitserland; beiden houden wij van bergen en meren. Wij zijn leeftijdsgenoten, bijna van hetzelfde jaar: Ratzinger is op 16 april 1927 geboren, ik op 19 maart 1928. Maar uiteraard groeit een zoon van een ambtenaar bij de rijkspolitie, na de pensionering van de vader gehuisvest in een bescheiden boerenwoning en als twaalfjarige jongen al op een priesterseminarie, anders op dan de zoon van een zakenman in een gastvrije burgermanswoning op het raadhuisplein, een centrum voor de hele wijdvertakte familie. Niet de beschutte, strenge atmosfeer van de wereld van de politie of de clerus, maar een levendige, voor de wereld openstaande sfeer.


Deze paragraaf uit de proloog van het boek (p. 22) zet de toon.

Een andere rode draad - waarnaar de titel van het boek verwijst - zijn de meningsverschillen over een aantal dogma's zoals de onfeilbaarheid van de paus, 'afgekondigd' in 1870 (1ste Vaticaans concilie), en de veroordeling van elke vorm van geboortebeperking door echtparen als een doodzonde (1930). De onmacht van het Vaticaan om op een volwassen 'wetenschappelijke' manier met Küng in discussie te gaan is ontluisterend.


Küng beschrijft hoe Johannes XXIII in de beginjaren '60 met het 2de Vaticaans concilie ramen wilde opengooien om een nieuwe wind door de kerk te laten waaien, die krampachtig door de Romeinse Curie in de jaren daarna weer worden dichtgetimmerd.

Tussendoor kreeg ik een beknopte wereldgeschiedenis voorgeschoteld, met onder meer de studentenopstanden in de jaren '68 aan de universiteiten, en hoe Küng daarmee omgaat: open, zelfbewust en met kennis van zaken (in tegenstelling tot Ratzinger).

Zijn intelligentie, werkkracht, contacten wereldwijd en vlotte toegang tot de media zijn verbluffend. Het zal maar aan enkelen gegeven zijn om - in een vakgebied als de theologie en toen computers en e-mail nog onbekend waren - een standpunt te kunnen publiceren in de meest gezaghebbende kranten wereldwijd, soms op dezelfde dag! Het Vaticaan had er een zware tegenstander aan...

Uiteindelijk zal de vorige paus (Johannes-Paulus II) hem einde 1979 zijn leerbevoegdheid aan de theologische faculteit van Tübingen afnemen. Zonder ooit met hem gesproken te hebben.

Mijn conclusies :

  • Ik kijk al uit naar een vervolg van zijn memoires. Zijn standpunten inzake oecumene en theologie spreken mij bijzonder aan.
  • Ik ga stilletjes proberen om een boek van hem te lezen, bijvoorbeeld 'Christ sein' (1974 - maar toch nog actueel volgens mij).
  • Küng schrijft een taal die toegankelijk is, ook wat betreft theologische kwesties. Zijn zinnen zijn erg lang - zoals in mooi Duits betaamt. Ik ben niet zeker of in de Nederlandse vertaling de zinnen ook zo lang moesten blijven.



Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

E-mails maken je dom ?

Vrijdag 27 november is het e-mailloze vrijdag. Althans dat is het voorstel op de website van Gunnar Michielssen: éénmaal per jaar geen e-mails sturen en ontvangen.

Een collega op het werk zei me bij de koffie daarover: "Hoe meer e-mails je krijgt, hoe dommer je wordt." Dat had ze ergens gelezen.

Is het zo grof ? Misschien is er wel iets van...

  • Teveel e-mails in je inbox overweldigen je. Een normale reactie is dan: hoe ga ik dit verwerkt krijgen? Je voelt je machteloos en dom.
  • Als je veel tijd moet (?) besteden aan het verwerken van e-mails, dan kom je niet toe aan je eigenlijke, echte werk. Wat belangrijk is of interessant blijft liggen, en je voelt je dommer worden.
  • Tussen al die e-mails zitten natuurlijk vragen waarop je graag een snel en duidelijk antwoord wil geven. Maar soms is het ingewikkeld, bijvoorbeeld omdat je iets moet kunnen tonen. In een persoonlijk gesprekje zou het vlug geregeld zijn, maar met e-mail voel je je plots... dom.
  • Sommige bazen zitten constant met hun neus in de e-mails. En dat zijn nu net diegenen die bij mij niet een zeer slimme indruk nalaten.

Hier stop ik maar beter. Vrijdag zal mijn standaard e-mail-reply zijn: kom even langs, erover praten is handiger.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

La page blanche

Tijdens onze vakanties in Frankrijk koop ik al eens het dagblad la Croix. Een gewone krant, maar inhoudelijk meer gelijkend op ons 'Parochieblad' Kerk en Leven. Een overdosis la Croix is niet gezond, denk ik... zoals goede wijn ?

In la Croix van zaterdag 31 oktober stond een 'kroniekje' van Marine d'Avel, mij overigens onbekend, over wachten - verwachten: L'attente.

Daarin schrijft ze over het witte blad papier, nog vóór het zoals dat onder mijn hand wordt volgeschreven...

La page blanche est acte, espace, fenêtre.

C'est un acte: son existence intime silence à ce qui papillonnait, provoque une plongée en intériorité, oblige à la pause.

Elle est un espace horizontal qui recueille la lumière, dissout les motifs superflus; on ne voit plus le bois de la table ni les couleurs de la pièce, on regarde l'absence, ce qui ne s'est pas encore écrit, on est déjà dans la certitude confuse qu'adviendront des mots, des phrases, un dessin.

Elle est une fenêtre entre passé et projet, entre absence et compagnie, elle ouvre sur l'imaginaire et cadre la sensibilité. La page blanche est sans idées préconçues, espace de rien.

Sindsdien is voor mij geen blad papier gewoon nog een blad papier.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

zondag 22 november 2009

De overheid en onze schulden

Is de overheid zelf ook niet gedeeltelijk verantwoordelijk voor de financiële crisis, vraagt Etienne de Callataÿ (hoofdeconoom van de Bank Degroof) zich af in De Tijd van zaterdag 21 november.

Zeker, zegt hij. Via belastingen moedigt de overheid bepaalde uitgaven aan, en ontmoedigt ze andere.

De overheid wil dat we ons huis beter isoleren en onze mazoutbrander goed onderhouden, en ze doet dat door een belastingvermindering toe te kennen. Ze wil anderzijds niet dat we teveel roken en heft een zware accijns op sigaretten.

Maar het wordt complexer als de overheid ons een belastingvermindering toestaat als we een lening aangaan voor het verwerven van ons huis. Allerlei vragen kunnen dan gesteld worden:

  • Moet de overheid het bezit van een eigen woning aanmoedigen ?
  • Moet de overheid aanmoedigen dat je daarvoor een lening aangaat ? Ze geeft immers geen belastingaftrek als je een huis volledig koopt met eigen spaarcenten.
  • Mag de overheid het aanmoedigen dat gezinnen zich diep in de schulden steken om een woning te kopen ?

Dat laatste is gebeurd in de Verenigde Staten. Enerzijds werd het voor de banken gemakkelijker gemaakt om een lening voor een huis toe te kennen aan minder kredietwaardige gezinnen. En anderzijds mogen de gezinnen de intresten op deze lening aftrekken van hun belastingen. Twee overheidsmaatregelen met het gekende verschrikkelijke resultaat. (Kijk aub naar het filmpje over de groei van de werkloosheid in de VS !)


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

zondag 15 november 2009

Eenheid of verscheidenheid ?

Voldoende verscheidenheid of variatie is belangrijk in vele domeinen van het leven. Ons voedsel moet gevarieerd zijn. In onze kleerkast zit meer dan één soort broeken en hemden.

De natuur - zegt de ecologie - kan alleen in diversiteit overleven. De grote verscheidenheid van dieren en planten heeft zin en reden. Waar de verscheidenheid ingeperkt wordt treedt verval in: monoculturen in de landbouw ontredderen de streek na verloop van tijd met grote zekerheid.

Aan de andere kant willen wij toch een zekere stroomlijning, efficiëntie, eenheid. Dat is immers de basis voor elke goede organisatie. Het is niet leuk vast te stellen dat je Portable PC in Zwitserland niet op het electriciteitsnet kan aangesloten worden omdat het model van stekker / stopcontact anders is. We zijn blij dat we hier en in de buurlanden onze benzine in liters kunnen tanken en nergens moet omrekenen naar gallons zoals in de VS.

Een goede balans tussen eenheid en verscheidenheid is dus nodig en nuttig. Teveel verscheidenheid is niet praktisch en werkt uiteindelijk verlammend en blokkerend. Teveel nadruk op eenvormigheid leidt tot verschraling en monopolie.

Voor ecosystemen is vandaag al veel studiewerk verricht naar de optimale balans tussen eenvormigheid / efficiëntie, en verscheidenheid / diversiteit, in het licht van groei en leefbaarheid op lange termijn.



Het merkwaardige in deze studies is dat het optimum meer aan de kant van de diversiteit ligt. Dus niet halfweg tussen de twee in, maar méér diversiteit dan eenvormigheid. Ongeveer twee derde t.o.v. één derde. (Klik op de grafiek om ze in groot formaat te kunnen bekijken.)

Dat vind ik een opwindende gedachte: variatie is belangrijker dan uniformiteit, niet even belangrijk.



Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

zondag 8 november 2009

Op de vlucht voor een bericht

David Grossman, Israëlisch schrijver en kritisch vredesactivist, schreef Een vrouw op de vlucht voor een bericht, opnieuw een boek over het Palestijns-Israëlisch conflict.

Op de vlucht voor een bericht, een bericht dat Grossman zelf kreeg. Terwijl hij met het boek bezig was, sneuvelde zijn jongste zoon Uri. Een raket trof diens tank in Libanon.

Het boek van Grossman wordt in De Standaard Letteren van vrijdag 6 november geprezen als een even grote als intieme, met veel zin voor gevoel en nuance geschreven roman over wezenlijke thema's, goed voor vier sterren ****.

In het interview met Marc Reynebeau zegt Grossman:

De shiva, onze zeven dagen van rouw, is een geniale uitvinding van het judaïsme. In andere culturen durven mensen je soms niet aan te spreken wanneer je een dierbare hebt verloren - allicht omdat ze zich niet durven op te stellen voor jouw lijden. Maar met de shiva komen tal van mensen je opzoeken, al heb je ze niet meer gezien sinds de kleuterschool. Ze brengen voedsel en spreken voortdurend over wat je is overkomen. Dat is heel troostend, ook voor wie je komt bezoeken, want zij hebben ook tragedies meegemaakt. Dat heeft me erdoorheen geholpen. Meteen daarna ben ik geleidelijk weer aan het werk gegaan. Dat was een plaats waar ik mezelf kon zijn, nadat ik was vernietigd. Ik kon weer creatief zijn en voor het leven kiezen.

In Wikipedia lees ik over shiva :

In het jodendom betekent sjivve of sjiva (Hebreeuws, letterlijk: zeven) de zevendaagse rouwperiode die volgt op een begrafenis.

Sjivve geldt voor de zeven verwanten in de eerste graad: vader, moeder, zoon, dochter, broer, zus en echtgenoot/echtgenote; dus niet grootouders en kleinkinderen. In deze rouwperiode worden de dagelijkse activiteiten van de rouwenden onderbroken en "zit" men sjivve, op een krukje of een kussen op de grond. Familieleden en kennissen komen dan langs om de rouwenden te condoleren.

Het interview eindigt met volgende uitspraak van Grossman:
We zullen pas echt bloeien en mirakels tot stand brengen als we voor de vrede kiezen.


Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :

zaterdag 7 november 2009

Een goed rapport ?

Het is de herfstvakantie, een moment dat de kinderen met een rapport naar huis komen.

Peter Bregman schrijft over kleine Johnny die beteuterd zijn rapport toont. En hoe gaat het dan meestal, als er voor wiskunde een F (onvoldoende) is, een A voor taal en een B voor geschiedenis en wetenschappen? Je kijkt hem aan en zegt: ‘Wat is er gebeurd met wiskunde, Johnny ? Waarom heb jij daarvoor een onvoldoende?

Bregman spoelt twintig jaar vooruit naar het evaluatiegesprek tussen John en zijn manager. ‘Je hebt hard gewerkt dit jaar, John. Je klantgerichtheid is buitengewoon. Je hebt je verkoopobjectieven bereikt, en je bent een goede team-player. Maar er is toch een domein waarop verbetering nodig is: je aandacht voor details. De spreadsheets die we van jou krijgen zijn een zootje. Daar moeten we nu toch eens over praten.

Vele organisaties kiezen ervoor om hun personeel te vergelijken met wat een normale standaard is. Om dan vast te stellen dat er nog zwakheden zijn waar de standaard niet bereikt wordt. Daar moet dus aan gewerkt worden. Middelmatig in alles, uitmuntend in niets, noemt Bregman het.

In de twee voorbeelden is er telkens een focus op het negatieve, op wat niet goed is. Plaats jezelf in de schoenen van kleine of grote John, en je voelt onmiddellijk dat die negatieve aanpak niet bevorderend is voor de motivatie.

Daarentegen zal John harder werken, meer plezier hebben en een grotere bijdrage leveren met betere resultaten als hij zich vooral kan concentreren op waar hij sterk in is.

Lees de blog van Bregman om te ontdekken wat de manager van John dan wél had kunnen zeggen.

Maar wat kan ik zeggen als kleine Johnny mij zijn rapport toont? Weersta de verleiding om iets te vragen over die ‘onvoldoende’, zegt Bregman. Vraag uit over de A voor taal: ‘Wat is er gebeurd met taal? Hoe heb je dat gedaan, zo’n goed resultaat?’. En laat hem dan vertellen over het hoe en het waarom van zijn succes. Wat vindt hij zo leuk aan taal? En hoe is de leraar van taal? Hoe heeft hij gestudeerd?

Misschien geeft zijn verhaal je een aanwijzing over hoe hij een beter resultaat voor wiskunde zou kunnen halen...

Als het gesprek over het rapport voorbij is, zijn er nog twee extra’s mogelijk.

Iets extra voor wiskunde, bijles bijvoorbeeld, want op school moet je toch slagen voor elk vak.

En iets extra voor taal, een buitenschoolse activiteit met toneel of woord of literatuur bijvoorbeeld, want je moet leren koesteren waar je goed in bent.



Misschien vind je de volgende teksten ook interessant :